Gisteren hield de Belgische ambassadeur een receptie ter gelegenheid van Koningsdag. Voor mij is dat een nieuwe benaming: ik ben opgegroeid met het “Feest van de Dynastie”. De receptie werd gehouden in de anbstwoning van de ambassadeur; en dat is vrij uitzonderlijk. Weinige andere ambassadeurs doen iets dergelijks.
Deze recepties zorgen altijd voor een prettig weerzien met landgenoten. Hoewel de meesten niet echt ver uit de buurt wonen, is er eigenlijk weinig contact in het dagelijks leven. Laat ons zeggen dat Belgen, en Vlamingen, niet echt een zeer hechte club zijn, hoewel er een Vlaamse Kring is, die een aantal keer per jaar activiteiten organiseert (waar ik eigenlijk zelden of nooit kom opdagen, mea culpa). Voor mij is het altijd weer even wennen om mijn moedertaal overal te horen en zelf te kunnen spreken. Het is ook altijd interessant om te zien waar mijn landgenoten zich mee bezig houden: we hebben o.a. een advocaat (die inderdaad in het Grieks pleit!), een netwerk specialist, een chef kok, een pralinen-importeur enz.