De nationale manie om massaal een korte vakantie te nemen tijdens dit verlengde Pinksterweekeinde, heeft ons niet te pakken gehad. En dat is maar goed ook: het weer is erg onbetrouwbaar en vandaag regent het constant. Bovendien zien we ook de lol er niet van in om, samen met een paar tienduizenden, in de files te staan of aan te schuiven voor de ferries (als die al uitvaren bij het erg slechte weer).
Toch was het gisteren best een goeie dag, met veel zon, en omdat de wegen toch rustig waren, hebben we een klein uitstapje gemaakt. Met het motto “ontdek je eigen streek” zijn we naar Westelijk Attica gereden. We hadden dit nog niet eerder gedaan want Westelijk Attica staat eigenlijk voornamelijk bekend om Elefsina (het oude Eleusis) en Aspropyrgos: de meest geïndustrialiseerde, en dus ook vervuilde delen van Attica. Maar je rijdt een beetje verder, gaat vanaf de westkust landinwaarts richting Golf van Korinthe en zo kom je uit bij het dorpje Vilia. Zo rustiek dat we onderweg zelfs 3 herders met een kudde tegenkwamen! Op 60 km van Athene gaat het via kronkelende wegen de bergen over door dichte pijnbossen tot aan de kust, waar je 3 prachtige plaatsjes vindt: Porto Germeno -het oude Aigosthena– (met een oud fort dat dateert uit de 4de eeuw voor Christus), Psatha (een beetje te veel luna park sfeer) en het idyllische Alepochori. Nog geen uurtje buiten Athene en je voelt de vakantiesfeer, met geweldige stranden en kristalhelder water. De 3 plaatsjes hebben kleine vissershaventjes en zijn ideale plaatsen om dus verse vis of week- en schaaldieren te eten. Mocht u ooit Athene bezoeken en u heeft een auto gehuurd, dan kan ik u dit uitstapje absoluut aanraden.