Zondagavond werd Koning Carnaval in Patras verbrand, en sinds gisteren zeggen we het vlees vaarwel: op Kathara Defthera (Καθαρά Δευτέρα) of Propere Maandag begint de Griekse vasten. Paradoxaal genoeg betekent dit dat er flink wordt gegeten. En hoewel ik het ondertussen al wel gewend ben, vind ik het nog altijd sterk dat in heel Griekenland zowat elke tafel hetzelfde serveert: week- en schaaldieren (zonder olijfolie of citroen), het lagana brood, taramosalata en als dessert chalvas. Het is wel opletten op deze dag: omdat er zo veel vraag is naar octopus, garnalen, oesters en mosselen; deinzen sommige handelaars er niet voor terug om bedorven waar diepgevroren te verkopen. Of om ontdooide waar voor vers aan te bieden. Wij nemen dus altijd een kijkje vooraf in de keuken. Schaaldieren moeten nog bewegen. Als de octopus rozig is, is ie vers. Garnalen moeten ook roze zijn. Als u niet in de keuken kan, merkt u alvast aan de kleur van het vlees of de weekdieren op uw bord vers zijn: dat moet namelijk spierwit zijn.
Traditioneel werden ook de zeshoekige windvliegers weer opgelaten (hoewel de wind het dit jaar liet afweten): een gewoonte waarvan ik nog steeds de oorsprong niet heb weten terugvinden. Vanochtend zag ik ze in bomen en elektriciteitsdraden hangen. In Tyrnavos horen bij Kathara Deftera nogal schunnige gebruiken, die terug te traceren zijn tot feesten ter ere van de Griekse god Dionysos.