Pinkstermaandag vandaag, wat betekent dat het voor de meeste Grieken een verlengd weekend is (helaas niet voor uw dienaar). En ondanks het feit dat iedereen klaagt over de levensduurte en dat er wordt gezegd dat weinigen dit jaar vakantie zullen kunnen nemen, liep  de hoofdstad op vrijdagavond en zaterdagochtend heel snel leeg. Als een gek scheuren ze over de nationale snelwegen, met als gevolg alweer talloze ongevallen.
Zelf hebben we ook een klein uitstapje gemaakt, maar dan wel op zondag. Ik heb namelijk echt geen zin om aan de exodus-gekte deel te nemen. Het ritje van gisteren ging tot in Agioi Theodori, een badplaatsje niet tussen Athene en Korinthe. Nauwelijks een half uurtje rijden van Athene, en het lijkt alsof je heel ver weg bent van de steden. Het plonsje was overheerlijk, hoewel het water nog redelijk fris is. Dat water was vroeger trouwens niet echt proper, maar daar heeft Kostas Simitis meer dan 10 jaar geleden verandering in gebracht. Zijn ouderlijk huis staat namelijk in Agioi Theodori, en dat is voldoende reden om er voor te zorgen dat strand en water proper zijn.
Op de terugweg namen we voor een keertje niet de nieuwe nationale snelweg (waar je tol moet betalen), maar wel de pittoreske oude nationale weg naar Athene. Ik had het nooit eerder gedaan en zag onderweg erg mooi zichten en ik kwam ook nog eens een enorme verrassing tegen. In Neraki, een onooglijk gehucht, stonden kraampjes langs de weg. Niet met groenten of fruit, zoals je dat wel vaker ziet in Griekenland, maar met mosselen, chtenia, oesters, kydonia en yialisteres (ik ken de Nederlandse namen niet, maar het zijn allemaal schelpdieren). Tegen spotprijzen (een kilo oesters voor 7€ iemand?)! Een aanrader als u in de buurt bent en van de beestjes houdt.