De Balkan is altijd al een woelige streek geweest. Een mengeling van verschillende volkeren woont verspreid over verschillende landen. Dat is dan ook de aanleiding geweest van de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo. Sommige landen (waaronder België) hebben het nieuwe staatje meteen erkend, andere doen dat niet, en nog andere (zoals Griekenland) wachten af. Er wordt gevreesd dat deze gebeurtenis een domino-effect zal hebben: in verschillende landen zouden minderheden zich wel eens kunnen gaan roeren.
Toch is dat niet de reden waarom Griekenland aarzelt om Kosovo te erkennen. De reden is dat op dit ogenblik weer druk diplomatisch overleg wordt gepleegd over de naam van het noordelijke buurland van Griekenland: de voormalige Joegoslavische republiek van Macedonië. VN-onderhandelaar Matthew Nimits was vorige week nog in Athene om de zaak op te helderen. Griekenland zou nu een naam aanvaarden die het woord Macedonië bevat. FYROM heeft zijn positie nog niet bekend gemaakt, maar als de naamkwestie niet meteen wordt opgelost, zal Griekenland zijn veto stellen wanneer op 6 maart de procedure start om FYROM in de NAVO op te nemen. Er wordt gevreesd dat de Verenigde Staten Griekenland een oplossing door de strot willen duwen die hier niet aanvaardbaar is, en om die reden erkent Griekenland Kosovo nog niet. De erkenning zou als politieke pasmunt worden gebruikt.
Ondertussen heeft een telefonische enquête uitgewezen dat een grote meerderheid van de Grieken niet kan aanvaarden dat FYROM een naam krijgt met het woord Macedonië. De Griekse politieke partijen nemen allen een verschillende positie in, en in Noord-Griekenland roert er wat. Het is best mogelijk dat we de komende dagen nog protestmarsen gaan zien in Thessaloniki, waar de bisschop Anthimos zich overigens flink moeit met de kwestie. Hij gaat de Macedonische kwestie zowaar voorleggen bij de Heilige Synode, maar vermoedelijk zal de nieuwe aartsbisschop zich afzijdig houden. Het blijft een gevoelige kwestie die de pers in de ban houdt.