Afgelopen week was er het goede nieuws dat de werkloosheidsgraad in Griekenland aan een dalende trend bezig is. Voor oktober 2023 is het cijfer voor het eerst sinds juni 2009 onder de 10% gezakt. Ik ga even voorbij aan het feit dat mensen die slechts 1 uur per week werken, niet langer als werkloos worden geregistreerd, maar of ze kunnen overleven is dan weer een andere zaak.

Tegelijkertijd publiceerde Eurostat afgelopen week het verschil in tewerkstellingscijfers tussen het tweede en derde kwartaal van 2023. Daaruit blijkt iets raars: de trend is neerwaarts. De werkloosheidsgraad daalt maar tegelijkertijd neemt de tewerkstelling in Griekenland niet toe.

Daar kun je veel oorzaken voor verzinnen, en ik gooi een paar opties op tafel: de brain drain gaat onverminderd verder want de verloning in Griekenland is nog steeds heel erg laag in vergelijking met andere landen, mensen gaan werk zoeken op de zwarte markt om toch iets meer over te houden op het eind van de maand en schrijven zich niet langer in als werkzoekende (sowieso krijgen langdurige werklozen toch geen uitkering, want die is beperkt in tijd – een concept dat blijkbaar weerklankt vindt in andere landen).

Feit is dat er handen te kort zijn in bepaalde sectoren, voor dan in de land- en tuinbouw (dat is op zich geen nieuw gegeven), de bouwsector (waarin de laatste decennia veel Albanses inwijkelingen werkzaam waren, maar die zijn allemaal vertrokken sinds het uitbreken van de crisis) en in het groeiende toerisme. Niet toevallig sectoren waarin heel wat aan uitbuiting wordt gedaan. In plaats van de sectoren beter te controleren en te regulariseren, heeft de Griekse regering nu besloten om buitenlandse werkhanden aan te trekken.

Afgelopen vrijdag werd daarom een amendement ingediend op een wet die de verzekeringen regelt (de Griekse wetgeving zit vol amendementen de niets te maken hebben met de wetten waar ze worden mee gestemd, zo zijn ook opgelegde besparingsmaatregelen de wetgeving binnen gesmokkeld – begin dan maar eens de wetgeving uit te vlooien), waarbij de overheid verblijfsvergunningen zal geven aan buitenlanders (migranten, zeg maar) die al jaren zonder papieren in Griekenland wonen. Ik denk dan meteen aan vluchtelingen die proberen asiel aan te vragen in Griekenland maar hopeloos verstrikt raken in het bureaucratische kluwen van dit land of die hun aanvraag niet kunnen vernieuwen omdat er niet genoeg personeel is voor de verwerking (hoewel Griekenland daar fondsen van krijgt vanuit Europa, maar dat is een ander verhaal).

Het idee is om op die manier op korte termijn minstens aan 30.000 migranten een verblijfsvergunning te geven, zodat ze op een wettelijke manier kunnen worden tewerkgesteld. Dat klinkt op papier zeker mooi, en misschien helpt het wel om het zwartwerk in bepaalde sectoren tegen te gaan. Zo stelde minister van Migratie en Asiel, Dimitris Kairidis, het in ieder geval voor: er komt orde in de wetteloosheid. En bovendien hebben we extra handen nodig om de olijven binnen halen, aldus de minister. Want anders laten we 1 tot 1,5 miljard euro zo maar op de velden liggen. Nu zijn de weinige olijven (het was een slecht jaar) ondertussen al bijna allemaal binnen gehaald, wat doet vermoeden dat vele van de rechthebbenden zullen worden tewerkgesteld in het toerisme, waar ze kamers mogen gaan schoonmaken in de grote hotels, en borden mogen gaan wassen in de keukens. Minstens 12 uur per dag, aan een maandloon dat varieert van 600 tot 800 euro en waarvoor geen Griek meer te vinden is. Het lijkt sterk op een race to the bottom, als u het mij vraagt. Ik spreek niet tegen dat het een goede zaak is om de asielzoekers een wettelijke baan te geven, maar de omstandigheden moeten wel leefbaar zijn.

Maar Kairidis, een hardliner op het gebied van migratie, voegde er wel meteen aan toe dat de migratiepolitiek van de regering onveranderd blijft. Die politiek wordt door premier Mitsotakis als “streng en eerlijk” omschreven. Of Kairidis daarmee bedoelt dat Griekenland onverminderd verder gaat met de push-backs, die ze volgens de regering niet doorvoert, is niet zeker. In ieder geval dient hij nu het strenge vreemdelingenbeleid van Mitsotakis (die het in zijn verkiezingstoespraken als eerste punt aanhaalde met een prominente plaats in zijn verkiezingsspotje voor het hek aan de Evros rivier – dat hij verder zou bouwen) te verdedigen en tegelijk te zeggen dat het land die vreemde handen nodig heeft. Een moeilijke ideologische spreidstand.

Het amendement stoot op heel wat weerstand in het kamp van de regerende partij, die haar kiezersbasis de voorbij 10 flink heeft uitgebreid door volop een extremistisch rechts discours te volgen. Nea Dimokratia heeft zelfs parlementsleden van de extreem-rechtse partij LA.O.S in haar rangen opgenomen.

De luidruchtigste van die drie, is ongetwijfeld Adonis Georgiadis, die er een voltijdse baan als twitteraar, televisiecommentator, en windhaan op nahoudt. Tot voor kort bestempelde Georgiadis alle vluchtelingen in Griekenland steevast als illegale immigranten (λαθρομετανάστες), maar vrijdag diende de populist, als minister van Tewerkstelling, een onverwachte bocht te nemen. Hoewel hij nog steeds achter de term staat, en nog steeds van mening is dat een illegale immigrant moet worden gedeporteerd, vindt hij nu wel opeens dat iemand die het land is binnengeraakt en probeert asiel aan te vragen, als asielzoeker moet worden bestempeld. Niet dat hij dat zo wil, maar Europa wil dat. Jarenlang heeft hij er zich tegen verzet, maar nu moet hij een ideologische meander maken. Vanaf het moment dat iemand asiel aanvraagt, kan hij niet meer worden gedeporteerd, aldus de minister vanop het spreekgestoelte van het parlement. Alsof hij dat voor het eerst heeft beseft. In het verleden beweerde deze schertsfiguur dat het niet moeilijk is om uitgeprocedeerde asielzoekers te deporteren, maar vrijdag klonk het dat het technisch ongemogelijk was.

Maar er komt ook tegenwind van voormalig premier Samaras die tijdens zijn ambtstermijn op vluchtelingen- en migratenjacht ging met een campagne die ironisch genoeg Xenios Zeus werd genoemd: de Zeus van de Gastvrijheid. Samaras is van oordeel van Griekenland een magneet voor illegale immigranten zal worden met de nieuwe wetgeving. Samaras vertegenwoordigt nog steeds een grote vleugel binnen Nea Dimokratia, die een centrum-rechtse partij was tot hij het stuur overnam.

Het zal nog een hele evenwichtsoefening vergen om alle parlementsleden van de regerende partij op 1 lijn te krijgen en zo het amendement te stemmen. Ondertussen is het wellicht onnodig om te zeggen dat de partijen aan de rechterkant van Nea Dimokratia (de partij Niki, met steun van de kerk, de partij Spartiates – het nieuwe Gouden Dageraad – en Elliniki Lysi van wie een parlementslid afgelopen zomer vluchtelingen aan het opjagen was in de bossen van Dadia) niet zullen steunen. Wat de partijen aan de linkerkant zullen doen, behalve navelstaren, is momenteel nog moeilijk te zeggen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *