Bij temperaturen van 30 graden kunnen we zeggen dat de Griekse zomer stilaan is aangebroken. Dat is een moeilijk periode voor de brandweer en voor bosbeheer, en daarom is er tot 31 oktober een brandalarm afgekondigd. Dat betekent dat de bevoegde diensten constant paraat staan voor het geval er zich een brand voordoet. Bepaalde streken worden strikter gecontroleerd dan andere, wegens groter brandgevaar. Omdat er deze winter nauwelijks regen is gevallen, maakt men zich zorgen: alles is nu al kurkdroog. Maar het grootste gevaar komt van de mens. Door onoplettendheid, bvb. het weggooien van een sigarettenpeuk, kan er al een heuse bosbrand ontstaan. Sommige mensen bestaan het om een barbecue te houden midden in bebost gebied. Landbouwers en herders doen vaak aan “gecontroleerd branden” (zo een beetje wat Bart beschrijft in Canada), maar door onkunde loopt dat wel eens uit de hand. Grondspeculanten geven arme inwijkelingen soms een aalmoes om een brand aan te steken: als het afgebrande gebied niet snel wordt herbebost (wat meestal het geval is: de Griekse overheid is erg traag door een verstikkende bureaucratie), dan wordt het al gauw volgebouwd met illegale woningen.
En niet te vergeten: de 971 legale stortplaatsen (waarvan er slechts 726 worden gecontroleerd) die aan bebost gebied grenzen. Het is onmogelijk om nog maar een schatting te maken van de illegale stortplaatsen. Een combinatie van ontvlambare stoffen, zonlicht, hitte en droogte zorgt daar voor een explosieve cocktail.
Dat dit “brandplan” absoluut nodig is, werd vorig jaar nog pijnlijk duidelijk: 1 poot van het schiereiland van Chalkidiki (in Noord Griekenland) en een enorme oppervlakte olijfbos rond Aeropolis in het zuiden van de Peloponessos zijn toen in minder dan 2 weken in de vlammen opgegaan. We hopen maar dat grote branden uitblijven dit jaar.