Ons oorspronkelijke plan om Ioannina te bezoeken, werd omgegooid toen we zagen dat de Zagorochoria niet ver af waren. Maar het plan was niet opgeborgen. Integendeel, na weer een paar stranddagen, besloten we om dit keer echt tot in Ioannina te gaan.
Een aantal vrienden van ons hadden ons een aantal tips gegeven; wat we precies moesten bezoeken. Dus volgden we hun advies.
En zo ging het dus richting Ioannina, waar we absoluut het Vrellis Museum moesten bezoeken. Pavlos Vrellis was een kunstenaar die in zijn eentje een behoorlijk wassen beelden museum uit de grond had gestampt. Men had ons gezegd dat het zeker zo goed was al Madame Tussaud. Dus wij er naar toe. Het Vrellis Museum ligt buiten de stad, dus het was even zoeken. Het museum is een prachtig huis in de typische stijl van Epirus.
Je wordt meteen in een soort van kelder geleid, waar de wassen beelden achter glas staan. Alle beelden zijn figuren uit de plaatselijke geschiedenis van Epirus. En die geschiedenis was bloedig. Dus krijg je meteen al te maken met een pater die levend werd gevild. Taferelen die afschuw opwekken. Ik hoorde allerlei kinderen huilen in de gangen van de kelder. Nee, een prettige ervaring is dit niet. Als toeschouwer kreeg ik niet het gevoel dat ik hier moest meeleven met de arme Grieken die zo hadden geleden onder het juk van zo vele onderdrukkers, of het nu Turken, of Duitsers of wie ook waren.
Nee, mij leek het veeleer of Vrellis ergens met een onverwerkt complex zat en zijn taferelen lijken er meer op gericht om de bezoeker nog met meer Turkenhaat op te zadelen dan nodig. De wassen beelden zijn absoluut niet van een kwaliteit die kan optornen tegen een Madame Tussaud. Dus je kunt er ook de artistieke waarde van in vraag gaan stellen. Mijn advies: mijden, die handel.
Om deze onprettige ervaring te vergeten, trokken we naar het Pamvotis-meer in Ioannina. Daarvoor moesten we door het centrum, en het viel me meteen op dat Ioannina een zeer levendige stad is, gebouwd binnen oude wallen, aan de rand van een enorm meer, in een erg mooi decor. Dat beviel ons dus wel. Aan de oevers van het meer neem je een bootje naar het eiland midden in het meer. Elke 30 minuten vertrekt er zulk een bootje.
Opvallend: het water van het meer is bijzonder groen. Dat wijst op een hoge concentratie aan algen, en ik kan me voorstellen dat het niet zo gezond is. Er zit nog wel vis in het meer, maar voor hoe lang nog? Want veel algen, betekent weinig zuurstof.
Waarom moet je nu zo nodig naar dat eiland, zult u denken? Wel, er zijn een aantal dingen te beleven daar:
1. Het eilandje heeft weinig vaste bewoners en het stikt van de winkeltjes die zilverwaren verkopen. In de streek rond Ioannina werd nooit veel aan landbouw gedaan. De stad lag wel op de handelsroute die zilver bracht van de omringende staten. En zo werd er heel wat zilver gesmeden in Ioannina, in een stijl die de Ioannische stijl werd genoemd. Ioanniotika, heet dan dan in het Grieks. Dus, voor goedkope zilveren juwelen maakt u de overtocht. U kunt zich voorstellen dat ik enkele uren achter vrouwlief heb getjokt.
2. Er zijn een aantal taverna’s op het eiland, die dingen op het menu hebben staan die je bijna nooit in Griekenland ziet. 1 van die dingen zijn de kikkerbilletjes. Grieken eten niet gauw dingen die ze niet kennen, dus de kikkerbilletjes worden altijd met een mengeling van nieuwsgierigheid en afgrijzen besteld. Je eet ze gefrituurd, en dat is niet mijn favoriete manier. Maar goed, dat hebben we dan ook weer gedaan. Ook aan te raden: verse rivierkreeftjes en de plaatste karper. Maar verder ook niet te versmaden: de plaatselijke zoetigheden! Ioannina is gekend om zijn zoete gerechten en ze maken hier de lekkerste baklava en kadaifi. Na het eten wegspoelen met een tsipouro… best wel aan te raden.
3. Op het eiland werd de “leeuw van Epirusâ€, Ali Pasha, vermoord. Ali Pasha was zo een beetje zijn eigen baas aan het worden en ging vaak allianties aan met Griekse lokale krijgsheren, of met de Fransen of Engelsen, naargelang van het voordeel dat dergelijke verbonden konden opleveren. Hij streek daar vaak de sultan in Turkije mee tegen de haren in. Die liet dat lange tijd toen, tot in 1822 de maat vol was. Ali Pasha was het al lange tijd niet eens met de vernieuwingsgezinde Sultan en hij liet een medestander van hem vermoorden; in Istanboel nog wel. Dus stuurde de sultan een commando op Ali Pasha af, om zijn hoofd mee terug te brengen. Ali Pasha hield zich verscholen op het eilandje, in het klooster van Agios Panteleimon. Toen het commando van de sultan op het eiland arriveerde, gaf Ali Pasha zich niet zonder slag of stoot over. Hij werd echter geraakt door een kogel die zich door de houten vloer van het klooster had geboord. De kogelgaten kun je nu nog zien.
Behalve deze redenen, is het eilandje ook bijzonder mooi. We bleven er zo lang rond hangen, dat er eigenlijk nog maar weinig tijd overbleef om de stad zelf te bezoeken, we konden nog net de twee moskeeën zien van op een afstand voor de duisternis in viel, maar het graf van Ali Pasha hebben we niet meer kunnen bezoeken. Dat zal voor een volgende keer zijn, vrees ik. Misschien ook in een ander seizoen, want ik heb me laten vertellen dat Ioannina ook zijn charmes heeft in de winter.
Jammer dat jullie vrienden geen tips gegeven hebben over de kloosters met de unique fresco’s op het eiland van Pamvotis, de groot van Perama, de oracle en het theather van Dodona, het archeologisch museum van Ioannina, de Synagoge en een hele boel andere dingen! Misschien een tip voor jullie volgende bezoek? 🙂
Met vriendelijke groet,
Sou
O jazeker! We waren er nu maar een halve dag, dus dat is onvoldoende om de stad echt te zien. Maar het theater van Dodoni hebben we wel gezien.